SCHILDKLIER
Schildklierziekten, ze zijn erg onbekend. Tegelijkertijd hebben veel vrouwen een probleem met hun schildklier: maar liefst een op de negen krijgt er vroeg of laat mee te maken. En juist omdat de schildklier zo belangrijk is tijdens de zwangerschap en dan overuren draait, is de periode na de bevalling typisch zo’n moment waarop je (tijdelijk) een schildklierprobleem kunt krijgen. En dat merk je.
De schildklier
De schildklier is een van de belangrijkste organen van het lichaam. Het is een vlindervormig orgaan onder het strottenhoofd in je hals. De hormonen die je schildklier aanmaakt zijn belangrijke boodschappers die verantwoordelijk zijn voor het in gang zetten van bepaalde processen in je lichaamscellen. Ze zijn van invloed op je stofwisseling, de psyche, je energie en meer.
Schildklier en zwangerschap
Tijdens de zwangerschap zorgt het door de placenta aangemaakte hormoon HCG ervoor dat de productie van schildklierhormonen wordt verhoogd. Een licht vergrote schildklier tijdens de zwangerschap is heel normaal. Je zwangere lichaam heeft de extra schildklierhormonen nodig omdat je baby in het eerste zwangerschapskwartaal geheel en in de kwartalen daarna gedeeltelijk afhankelijk is van jouw productie. Na de bevalling hoort alles weer terug te zakken tot het normale niveau.
Schildklierziekten
Bij acht op de honderd vrouwen gebeurt dit echter niet zo 1-2-3. Zij hebben last van postpartum thyreoiditis. Dat is een schildklierontsteking die zich uit door klachten van een overactieve schildklier. De klachten nemen na verloop van tijd af en in sommige gevallen doen zich dan tekenen van een te traag werkende schildklier voor. Omdat de symptomen in sommige gevallen lijken op de kwalen van het ontzwangeren, wordt een schildklierziekte niet snel onderkend. Veel vrouwen gaan niet met hun klachten naar een arts en als ze dat wel doen, wijzen veel artsen de klachten toe aan het moederschap. Na een jaar is de postpartum thyreoiditis meestal voorbij.
Anders is het als je een andere variant hebt. Zwangerschap en bevalling kunnen een trigger zijn voor latent aanwezige schildklierziekten. Heb je erfelijke aanleg en ben je bevallen, dan kan dit dus een moment zijn waarop de ziekte actief wordt. Omdat er veel van je schildklier is gevraagd, omdat je immuunsysteem op een lager pitje heeft gedraaid en tal van andere redenen. In hoofdlijnen zijn er twee varianten: een overactieve en een onderactieve schildklier.
De overactieve schildklier
De symptomen:
sterk en plotseling transpireren
een vergrote, voelbare schildklier
hongergevoel
hartritmestoornissen
spijverteringsproblemen
haaruitval
prikkelbaarheid en nervositeit
verminderde prestaties
spierzwakte en botontkalking
vruchtbaarheidsstoornissen.
Een overactieve schildklier (hyperthyreoidie) ontstaat meestal door de ziekte van Graves. Deze ziekte berust op een afwijking van het afweersysteem. Andere oorzaken zijn: jarenlang onbehandeld jodiumgebrek, schildklierontsteking of overdosering van schildklierhormonen. Hyperthyreoidie moet eerst door medicijnen worden gereguleerd. Daarna wordt het weefsel dat de autonome hormonen produceert via radioactieve therapie verwijderd. Lukt dat niet, dan is een operatie nodig.
De onderactieve schildklier
De symptomen:
kouwelijkheid
gewichtstoename
veranderde spraak
mat, droog haar
droge en bleke huid
broze nagels
lage bloeddruk en bloedarmoede
vocht vasthouden
spierzwakte
spijverteringsproblemen
vermoeidheid
depressie
concentratiestoornissen
stoornissen in de cyclus
Een onderactieve schildklier (hypothyreoïdie) ontstaat door bacteriën en virussen, maar ook door een infectieziekte of auto-antilichamen. De meest voorkomende variant is de ziekte van Hashimoto, een schildklierontsteking waarbij auto-antilichamen langzaam het schildklierweefsel verwoesten. De onderactieve schildklier wordt behandeld met schildklierhormonen: je slikt bij wat je zelf niet meer aanmaakt.
Diagnose en voortgang
Een schildklierziekte kun je vermoeden doordat je sommige symptomen vertoont. Je weet het pas zeker met een bloedtest. In dat geval wordt de vraag naar schildklierhormoon gemeten (TSH) en de schildklierhormonen zelf (meestal alleen vrij T4). Is je TSH hoog en T4 laag, dan heb je hypothyreoïdie. Andersom heb je hyperthyreoidie. Ook kan via je bloed worden bepaald of je antistoffen aanmaakt tegen de schildklier. Of je de rest van je leven behandeling nodig hebt is niet te zeggen. Dat hangt erg af van de schildklierziekte die je hebt. Wel zul je de eerste maanden onder intensieve behandeling staan en veelvuldig een bloedtest afnemen. Dat mag ook wel: een schildklierziekte is namelijk een ernstige ziekte. Zo kan een onbehandelde hypothyreoïdie uiteindelijk de dood tot gevolg hebben.
Consequenties voor een volgende zwangerschap
De schildklier is ontzettend belangrijk voor je ongeboren kind (en jezelf!) De natuur steekt er daarom meestal een stokje voor als er iets mis is met je schildklier. Je zult dan moeilijk zwanger worden. En als de conceptie toch slaagt, dan heb je soms een verhoogde kans op een miskraam. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de aanwezigheid van auto-antilichamen. Je kunt dan proberen extra selenium en zink te slikken om de hoeveelheid antistoffen te verminderen en zo je vruchtbaarheid te vergroten. Ben je in balans en heb je geen auto-antilichamen, dan zijn je vruchtbaarheids- en miskraamkansen gelijk aan normaal voor jouw leeftijd.
Ben je schildklierpatiënt, raadpleeg dan altijd je specialist (endocrinoloog, internist) voordat je zwanger raakt. Een tekort aan schildklierhormonen heeft ernstige consequenties voor je ongeboren kindje, zoals neurologische afwijkingen en een laag IQ. Word je met radioactieve iodine behandeld voor je hyperthyreoidie, dan mag je de eerste zes maanden na de behandeling niet zwanger worden.
Eenmaal zwanger, is het van belang dat je voor de zesde week zwangerschap een bloedtest hebt afgenomen en je specialist hebt gesproken. In het eerste kwartaal word je behandeling aangepast als je hypothyreoïdie hebt. De vraag naar schildklierhormonen neemt immers toe door je baby. Tot 50 procent meer slikken is mogelijk! Na dat eerste kwartaal zal het allemaal minder hard gaan omdat je baby dan ook zelf een (deels)werkende schildklier heeft. Na de bevalling heb je kans dat je een periode ‘hypert’, omdat het toch zo’n twee weken duurt eer een verandering in medicatie merkbaar is. Aangezien je kleintje geen hormonen meer absorbeert, heb jij er even teveel.
Blijf altijd je medicijnen innemen. De schildklierhormonen die je slikt, zoals Thyrax, zijn niet schadelijk voor je kindje. Je kunt dus ook borstvoeding geven. Wel is het van belang dat je voor je zwangerschap laat bepalen of en welke auto-antilichamen je hebt. Er zijn namelijk antilichamen die door de placenta heen gaan. Heb je deze, dan word je gedurende de zwangerschap begeleid door een gynaecoloog en na bevalling wordt de baby gecontroleerd door een kinderarts. In de andere gevallen kun je gewoon naar de verloskundige en zelfs thuis bevallen.
Nieuwsbrief voor alle mama's
Wil je graag op de hoogte blijven van alle leuke ikbenmama nieuwtjes? Tips ontvangen voor jou en je baby? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief we beloven je niet te spammen en alleen te delen waar je écht wat aan hebt.